50 km/uur

Thomas Bosch

Ik heb op het goede moment gezegd: ‘nu is het mooi geweest’

50 km/uur… maar dan op een fiets!

Alweer bijna drie jaar woont in de Jan Dobbelsteenstraat een van Loosbroek’s grootste wielertalenten: de nu 28 jarige Thomas Bosch, werkzaam als fysiotherapeut in Uden en bij zijn vader bij MTC Bernheze. Het had niet veel gescheeld of we hadden zijn naam naast of wellicht in plaats van die van leeftijdsgenoot Mathieu van der Poel horen rondgaan in de wielerwereld. Met gemak reed en rijdt hij nu ook soms 50 km per uur!

Thomas vertelt: “Op mijn 8e jaar kreeg ik mijn eerste fiets en ben ik begonnen met ons pap samen, van een rondje rond de kerk uiteindelijk naar de bergen en op mijn 12e ben ik gaan fietsen op wedstrijdniveau.” Op de vraag waarom hij uiteindelijk geen prof is geworden, een vraag die hem vaker wordt gesteld, doet hij het hele verhaal uit de doeken: “In mijn tijd bij de junioren (17 en 18 jarigen), de laatste trede voordat je echt naar de elite categorie gaat, ging het heel erg goed en behoorde ik altijd tot de laatste 10 bij de wedstrijden. Maar nooit had ik grote uitschieters naar boven. Ik heb wel wat wedstrijden gewonnen toen, maar uiteindelijk te weinig om echt op te vallen.”

Na de junioren ging Thomas bij het opleidingsteam van Jumbo: het hoogste amateurteam. “We mochten overal aan meedoen, het grote voordeel van een opleidingsteam, dus we reden zowel met de amateurs als op professioneel niveau. Daar heb ik een paar echt mooie wedstijden mogen rijden, ook tegen teams die dan een paar weken later startten bij de Tour de France! Maar uiteindelijk ben ik juist daar het plezier verloren omdat ik toch niet echt voorin kon komen, zoals ik gewend was bij de junioren.

Ik ging overdag naar school en moest het opnemen tegen mannen voor wie fietsen hun werk was. Ik moest in de avonduren trainen en uren maken terwijl zij er de hele week, dag in dag uit, mee bezig waren.”

Thomas zucht erbij: “Je moet er zo ontzettend veel voor doen en als je dan niet echt in de wedstrijd mee kan doen en meer pelotonvulling wordt daalt het plezier. Dat gevoel werd steeds sterker en er kwam nog iets bij: er gaan per leeftijdsjaar maar zo weinig fietsers door die echt het hoogste niveau halen en we hadden een hele goede lichting onder andere met Mathieu van de Poel en Fabio Jacobsen, dus ik wist altijd wel dat er een stuk of 5 tot 10 zeker beter waren. Dan is het lastig om het vol te houden en echt naar de top door te stomen. Ik heb een moment overwogen om de school stop te zetten en er toch alles op te gooien. Uiteindelijk, ik was begin 20, heb ik ervoor gekozen om mij verder te richten op mijn maatschappelijke carrière.

Thomas vervolgt: “Ik heb achteraf van die keuze nooit spijt gehad. Ik ben niet te lang doorgegaan: fietsen is altijd mijn grote hobby gebleven. Ik fiets nog 3 of 4 keer in de week gewoon omdat ik het leuk vind. Terugkijkend is het een super mooie periode geweest met wedstrijden in heel Europa, maar voor mijn gevoel heb ik op het goede moment gezegd: nu is het mooi geweest!” Fietsen als hobby kost ook tijd, het is anders dan een rondje hardlopen. Voor minder dan een uur of anderhalf gaat Thomas niet van huis af. Kleding vergt veel aandacht: op het weer letten en je daarop aanpassen. Zeker in de winter is een kwartier het minimum om je om te kleden.

Dan spreekt Thomas vanuit zijn beroep als fysiotherapeut: “Voor je gewrichten is het niet heel belastend en je kunt het tot hoge leeftijd volhouden. Voetbal en hockey bijvoorbeeld zijn meer de boosdoeners voor met name gewrichtsblessures.” Thomas zelf liep ook een knieblessure op en daarom voetbalt hij zelf niet meer maar is nog wel leider van het 1e team en dus zeer betrokken bij en trots op de Sportclub Loosbroek.

Eten en drinken was in de tijd van de wedstrijden een dingetje. Thomas: “Ik dronk niet want dat had grote gevolgen voor mijn prestaties. Dan sta je er bij fietsen alleen voor. Bij voetballen kun je je nog verschuilen in de ploeg als het wat minder gaat, maar bij fietsen heb je alleen met jezelf te maken. Ik heb mij dus wel ernstig in moeten houden en dat net op een leeftijd dat je vrienden van alles gaan doen. Dat was wel een offer. Ze konden het ook maar moeilijk begrijpen: waarom doe je dat allemaal… en je wint niet eens!” Maar hij knipoogt en lacht breed: “Ik ben het nog steeds aan het inhalen!”

Thomas kent in heel Brabant en Noord-Limburg de mooie weggetjes: “Ik ken ze door en door, ook met koude, regen en veel wind tijdens de voorjaarsklassiekers, waar ik mij uit mocht leven in mijn wedstrijdperiode. Nu geniet ik meer op mijn fiets, ook tijdens mijn vakanties: je ziet zoveel meer van je omgeving.” Maar….. dan moet je natuurlijk geen 50 km per uur gaan rijden!

Tekst: Mieke Bossers | Foto: Wim Roefs