geboren in 1950

Adrie van Lieshout

‘Als je in de stoel voor de TV gaat zitten dan duurt het niet lang meer’

Adrie is geboren op 1 juni 1950 in de Dorpsstraat, maar dat heette toen nog de Loosbroeksestraat want die liep door naar Heesch. Op de boerderij thuis hadden ze varkens en koeien en Adrie wist van jongs af aan dat hij ook boer wilde worden. Na de lagere school ging hij naar de Landbouwschool in Berlicum en daarna naar de MAS in Boxtel. Door de ruilverkaveling duurde het wat langer, maar toen hij 27 jaar was kon hij voor zichzelf de boerderij aan de Loosbroeksestraat 23 bouwen. Hij had toen al 9 jaar verkering met Betsie, die hij (natuurlijk) bij Lunenburg had ontmoet. Betsie komt van oorsprong uit Heeswijk-Dinther. De boerderij hebben ze helemaal zelf gebouwd en van zijn vader nam Adrie de koeien over en zijn broer Jan bleef in de ouderlijke boerderij met de varkens. In het begin had hij zo’n 42 koeien en dat groeide langzaam uit tot zo’n 80 koeien. Het boerenbedrijf zit hem in hart en nieren. Inmiddels heeft zoon Mark de boerderij tien jaar geleden overgenomen, maar elke dag staat bij Adrie de wekker op 6.45 uur en dan gaat hij gewoon werken op de boerderij. “Het zit in je lichaam; vroeg op, geen weekend, mooi bezig zijn.”

Frans en Engels

Op de boerderij was Adrie ook leerbedrijf voor stagiaires uit de omgeving en uit het buitenland. “We hebben stagiaires gehad voor één dag of voor een paar weken. Meestal jongens, maar ook weleens een meisje. En we hebben een aantal keer een Franse stagiair gehad. Betsie spreekt redelijk Frans en ik behielp mij met Engels. Met een paar van hen hebben wij nog steeds weleens contact. En ieder jaar gaan wij fietsen langs de Maas met onze eerste stagiair. Die liep stage bij ons toen wij één jaar getrouwd waren en die heeft ook nog een tijdje bij ons gewoond in 1995 toen het water hoog stond tussen Maas en Waal. Inmiddels is hij ook gepensioneerd dus dan is er tijd om te fietsen. Maar voordat wij vertrekken ben ik ’s ochtends wel eerst even naar de boerderij geweest om de kalveren te doen.”

Open beenbreuk

Ruim tien jaar geleden verhuisden Adrie en Betsie naar De Hekkenslag. Daar ging een ongeluk aan vooraf. “In april 2013 pakte de stier me. Die was bij twee koeien geweest en daar wilde hij niet bij weg. Ik sloeg hem met een ijzeren pijp tegen zijn kop, maar hij gaf geen krimp. Ik sprong op de ijzeren ligbox, maar mijn klompen vlogen door de lucht en mijn benen kon hij nog aan met z’n kop. Toen kwam gelukkig onze Mark en die sloeg hem tegen zijn ogen en toen kon ik achter het gordijn met hulp van Arjan in een kruiwagen ontsnappen. Ik kon niet meer staan; ik had een dubbele open beenbreuk. Het ziekenhuis Bernhoven was net die maand geopend, dus daar kon ik naartoe. Ik heb er vier dagen geleden. De pinnen zitten er nu nog in. Of ik er nog last van heb? Nou, vroeger sprong ik overal gewoon vanaf, maar dat doe ik nu niet meer. Maar ik heb wel geluk gehad. In dat jaar heb ik van nog drie mensen gehoord die net zoiets hadden meegemaakt maar die konden het niet navertellen.”

Vriendenstellen

De revalidatie duurde best wel een tijdje maar toen Adrie en Betsie zeven maanden erna de sleutel van het huis aan De Hekkenslag kregen was hij redelijk de oude. “Ik kroop gewoon de kruipruimte in om met de elektriciteit aan de slag te gaan. Dus het ging wel weer.” Ondanks het drukke boerenbedrijf heeft Adrie ook altijd tijd gemaakt voor andere activiteiten. Hij zingt al sinds de oprichting bij het koor Servanto en ook vaste prik is het thuis biljarten. “We spelen op het biljart dat ooit van mijn vader was. Dat staat nu bij mijn zwager in de garage; daar spelen we elke woensdag.” En met vaste vriendenstellen doen ze kaarten en spelletjes. En al jaar en dag speelt hij jaarlijks mee bij het toneel van de KBO.

Grondoefeningen

Jammer genoeg is de veteranensport nu afgelopen. “Dat heb ik zesenveertig jaar gedaan. Dat begon toendertijd vanuit de NCB (Noord-Brabantse Christelijke Boerenbond; nu de ZLTO). Het was eigenlijk een soort atletiek; allerlei onderdelen zoals hardlopen, discuswerpen, hoogspringen, maar ook grondoefeningen op muziek. Je deed dat met de club van je eigen plaats en één keer per jaar met alle dorpen bij elkaar. We hebben weleens met elfhonderd man op het veld gestaan. Maar in de loop der jaren is het leeg gelopen; er komen geen veteranen meer bij. Op het laatst was ik één van de jongsten.”

Mankementen

Al met al een druk bezet leven. Ook de kinderen (Arjan, Mark en Ellen) en kleinkinderen (Bart, Koen, Famke, Yfke, Cas en Tess) brengen gezellige activiteit met zich mee. Vooral Betsie is daar zo’n twee of drie keer per week druk mee. En of er dan nog wensen zijn voor de toekomst? “Niet teveel mankementen krijgen en gewoon in beweging blijven. Als je in de stoel voor de TV gaat zitten dan duurt het niet lang meer. Een beetje leven en laten leven. Dan komt het goed.”

Tekst: Wietske Piek | Foto: Wim Roefs