Groeten uit laverhof

Nol van der Linden

‘Een kind afgeven, veel erger kan het niet’

Nol van der Linden (86) woont alweer drie maanden in Laverhof. Net als zijn lange witte baard is ook Loosbroek voorgoed verleden tijd.

Hij is geboren en getogen in ’t dorp Zeeland. Een boerengezin met zeven kinderen waar Nol de derde in de rij was. “Niemand wilde boer worden, ik ook niet, ik werd huisschilder,” vertelt Nol. “Toen ik in militaire dienst moest, liep ik in ’54 de Vierdaagse van Nijmegen. Daar zag ik mijn Annie, Annie Jacobs uit Groesbeek.” Hij neemt haar foto in de hand en zegt: “Het was liefde op het eerste gezicht. Twee jaar ben ik er naar toe gefietst, 70 kilometer op en neer, daarna nog twee jaar met ‘t brommertje. In ’58 zijn we getrouwd en vonden we een huisje in Zeeland waar ook onze zes kinderen zijn geboren. Wat later kon ik een goede baan krijgen bij Brabant Water (pompstation) in Loosbroek. Maar dan moesten we wel verhuizen. Zo kwamen we in ’69 in Loosbroek terecht. Daar heb ik 50 jaar gewoond. Als je er niet bent geboren bent, word je nooit echt ‘unne Losbroekse’, dat heb ik altijd zo gevoeld. Maar ik heb me aangepast en met plezier geholpen bij kerk en kbo. Volgens mij hebben ze van mij gin last gehad.

SOMS GAAT HET VERKEERD

Ik heb 25 jaar bij het water gewerkt om de kost te verdienen en geprobeerd het gezin te runnen. Dat ging niet altijd goed. Ik ben te streng geweest als vader. Dat krijg ik nou nóg op m’n brood. Het is niet anders, ik had regels en er moest gewerkt worden. Dat had misschien allemaal wel wat minder hard gekund, maar dat kan ik nu niet meer terugdraaien. Soms gaat het verkeerd. Net als het overlijden van onze dochter Marijke, twintig jaar geleden. Dat was het leed van ons leven, een kind afgeven, veel erger kan het niet. Dat heeft me veel gekost. Op advies van de huisarts ben ik gaan wandelen om het een plek te geven. Ik ben gaan lopen wat er te lopen viel. Drie- en vierdaagse, meerdere keren het Pieterpad, 32 keer de Kennedymars en tal van andere lopen in zeventien landen waaronder twee keer in Japan. Ik heb 42.000 geregistreerde kilometers gelopen, dat is de wereld rond. Maar in de praktijk is het veel meer.”

IK TEL MIJN ZEGENINGEN

Het lopen zit erop. Het verdriet bleef. Ook om het afscheid van zijn vrouw Annie. “Zo gaat het leven,” weet Nol. “Het is overal wel wat en er waren gelukkig ook genoeg mooie tijden. Zo kijk ik terug op een hartstikke mooie tijd in Loosbroek. Een fijne plek om te wonen.
Ik heb er goed d’n aard gehad en ben er echt mè lang taand weggegon. Ik was al drie jaar alleen, ben een bezig menneke en de eerste twee jaar ging het nog wel, maar toen kwam de klad erin. Ik raakte aan de sukkel en het ging niet meer alleen. Daarom zit ik bij Laverhof echt op m’n plaats. Ik mis Annie, maar ik heb kinderen, tien kleinkinderen en een achterkleinkind. Ik tel mijn zegeningen en ik word hier heel goed verzorgd. Alles wordt voor je geregeld. Wat wil je nog meer? Hier begint een nieuw leven.”